1. We zullen ons lichaam en ons verstand trainen om een sterke, onwankelbare geest te verkijgen.
  2. We zullen de ware betekenis van de WEG leren kennen, zodat we op het juiste moment waakzaam zijn.
  3. Met ware volharding zullen we een onbaatzuchtige geest ontwikkelen.
  4. We zullen de regels van hulpvaardigheid in acht nemen, onze meerderen respecteren en ons onthouden van geweld.
  5. We zullen ons geloof bewaren en nooit de ware deugd der nederigheid vergeten.
  6. We zullen streven naar wijsheid en sterkte zonder andere verlangens.
  7. Zolang we leven zullen we door karate de ware betekenis van de WEG belijden.

_____________________________________________________________________________________________________

  1. Hitotsu wareware wa shinshin wo renma shi kakko hubatsu no shingi wo kiwa me ru ko to.
  2. Hitotsu wareware wa bu no shinzui wo kiwame ki ni hasshi kan ni bin na ru ko to.
  3. Hitotsu wareware wa shitsujitsu goken wo motte jiko no seishin wo kanyo su ru ko to.
  4. Hitotsu wareware wa reisetsu wo omo n ji chojo wo keishi sobo no huru ma i wo tsutsushimu ko to.
  5. Hitotsu wareware wa shinbutsu wo touto bi kenjo no bitoku wo wasu re za ru ko to.
  6. Hitotsu wareware wa chisei to tairyoku to wo kojo sa se koto ni nozo n de ayama ta za ru ko to.
  7. Hitotsu wareware wa shogai no shugyo wo karate no michi ni tsuji kyokushin no michi wo matto su ru ko to.

KATA

Kata of vormen zijn patronen, bestaande uit basistechnieken, uitgevoerd op een logische wijze. De uitleg van dit virtueel gevecht tegen verschillende tegenstanders noemen we 'Bunkai'.
Kata geeft je de mogelijkheid om de meest uiteenlopende situaties in een gevecht te trainen. Sommige Kata's zijn gecreëerd om het lichaam te versterken.
Kyokushinkai kent 20 bekende Kata's: 3 Taikyoku Kata's, 5 Pinan's en de Japanse Kata's Sanchin, Gekisai-Dai, Tsuki-No-Kata, Yangtsu, Tensho, Saiha, Seienchin, Kanku-Dai, Gekisai-Sho, Garyu, Sushi-Ho en Sepai.

KIHON

Kihon zijn de technieken in Karate. Hoe hoger iemand in graad is, hoe meer technieken hij of zij heeft opgenomen. De kihon vereisten kunnen verschillen vertonen tussen de verschillende organisaties, een overzicht vind je in de syllabus.

KUMITE

Kumite is het gevecht. Technieken en combinaties worden in een één op één gevecht ingeoefend. Vrij gevecht is een belangrijk onderdeel van kumite. De bedoeling is om je tegenstander neer te halen (knock down) of uit te schakelen (knock out). Uiteraard wordt dit principe voornamelijk tijdens competitie gebruikt. Tijdens de trainingen zijn we iets spaarzamer met elkaar. Toch wordt ook hier met volle impact gewerkt. In principe zijn alle technieken toegestaan behalve, klemmen, grepen, trappen naar gewrichten en stoten naar het hoofd.

RENRAKU

Renraku betekent 'gevechtskata' en ook hier zijn er meerdere vormen, van 10de Kyu tot 1ste Dan.

TAMESHIWARI

Tameshiwari betekent 'de kunst van het breken' en is een onderdeel van de 'knockdown'-competitie. Het geeft de karateka een idee van de efficiëntie van zijn technieken.

 

De dojo is de oefenruimte waar we onze gevechtssport beoefenen. In onze dojo, en in een full-body contactsport zoals Kyokushin-karate, is discipline zeer belangrijk. Daarom hanteren we in onze dojo niet alleen een dojo-eed (gedragscode), maar ook een dojo-etiquette. Dit zijn de afspraken waaraan we ons houden als we de dojo betreden.

  • Deze afspraken worden gaandeweg vanzelf duidelijk. We helpen elkaar hierbij. Heb je hierover een vraag, spreek ons dan zeker aan.
  • Om de trainingen vlot te laten verlopen, verwachten we dat onze leden, hun ouders en de trainers zich aan onderstaande afspraken houden.

 

Praktische afspraken

  • Na het betreden van de dojo leg je je ledenboekje op de tafel vooraan. Hierin wordt je aanwezigheid op de training opgenomen. Na de training haal je je boekje weer op.
  • Je komt op tijd naar de training (5 min. voor de start van de training). Ben je te laat, dan loop je niet zomaar de tatami op. Zet je dan in stilte op je knieën (seiza-houding) aan de rand van de mat en wacht op het teken van de lesgever dat je bij de les mag aansluiten.
  • Tijdens de les verlaat je pas de dojo nadat je hiervoor toestemming hebt gekregen van de lesgever.
  • De leraar wordt nooit met de naam aangesproken, maar altijd met  "Shihan", "Sensei" of "Senpai" (afhankelijk van de graad van de trainer).
    • Een "Senpai" is ieder die in graad boven je staat en les geeft.
  • Maak geen onnodig lawaai tijdens de les, dit verstoort de les en de concentratie van de andere karateka’s.
  • Richtlijnen of opmerkingen van de lesgever aan de karateka’s worden beantwoord met de groet ‘Osu’.
  • Vechten gebeurt alleen op de mat en nooit op straat. De vechttechnieken die je leert mogen alleen worden gebruikt bij verdediging van jezelf of van anderen.
  • Ouders mogen in stilte de training bijwonen.

 

Binnenkomen en verlaten van de dojo/tatami

  • Bij het binnen- en buitengaan van de dojo groet je deze (aan de deur): Osu (‘ik groet u allen’).
  • Bij het betreden en verlaten van de tatami groet je deze: Osu (‘ik groet u allen’).
  • Na het betreden van de tatami groet je de lesgever(s): Osu (‘ik groet u allen’).

 

Start en einde van de training

  • Aan het begin van de training gaan de lesgevers opgelijnd staan in fudo-dashi. Ga dan tegenover de lesgevers in blok staan, gerangschikt per graad (hoogte graad zit rechts op de eerste rij).
  • Op de uitroep ‘szeeza’ gaat iedereen zitten: op de knieën, met het zitvlak op de hielen en de vuisten in de zij (seiza-houding).
  • De leerling met de hoogste graad roept ‘mokuso’. Dan sluit iedereen de ogen. Dit is de meditatieve start van de karateles. Het geeft je de kans om je mentaal voor te bereiden op wat er gaat komen.
  • Bij ‘mokuso-yame’ gaan de ogen weer open.
  • Daarna volgen de groeten. We zetten de vuisten op de grond en buigen bij elke groet (hou het zitvlak op de hielen) voor:
    • Sosai-ni-rei. We groeten de afbeelding van de grondlegger van de kyokushinkai: Sosai Masutatsu Oyama.
    • Shihan-ni-rei. De grootmeester draait zich om naar de leerlingen. Hij wordt gegroet door de leerling met de hoogste rang: ‘Shihan-ni-rei’.
    • Sensei-ni-rei. De meester draait zich om naar de leerlingen. Hij wordt gegroet door de leerling met de hoogste rang ‘Sensei-ni-rei’.
    • Senpai-ni-rei. De andere leraars worden gegroet door ‘Senpai-ni-rei’.
    • Ottogai-ni-rei. De leerlingen worden gegroet door ‘Ottogai-ni-rei’.
  • Na de groeten blijft iedereen in "szeeza" zitten tot de leraar zegt wat er moet gebeuren.

 

Uitrusting

  • We dragen geen schoenen op de tatami.
  • Draag een volledig en propere uitrusting.
  • Knoop je obi (je band) op de juiste manier.
  • Draag de correcte uitrusting: obi en gi met IFK badge, Ryo Dojo badje en Kanji.
  • Je hebt je karatebescherming (hand- en scheenbeschermers) altijd bij je, deze liggen klaar in de dojo.

 

Orde en hygiëne

  • Je kleedt je om in de kleedkamer, niet in de dojo.
  • Zakken, jassen en schoenen zet je in de kleedkamer en niet in de dojo.
  • Je doucht je na de training.
  • We eten niet in de dojo.
  • Je draagt geen sieraden tijdens de training.
  • Heb je lang haar? Doe het dan vast in een vlecht of een staart.
  • Je nagels (handen en voeten) zijn proper en kort geknipt, zodat je jezelf en anderen geen pijn doet tijdens een gevecht.

 

Een belangrijk symbool van het Kyokushin Karate is de Kanku. Het kanku symbool staat centraal in de Kanku kata. Het is de vorm waarin men naar de opkomende zon kijkt. In deze kata stijgen de handen waarbij de vingers ontmoeten om een opening te vormen waardoor de hemel bekeken wordt. De Kanku is ook het familiesymbool van sosai Mas Oyama.

Het hoogste en laagste punt van Kanku stellen de eerste vingers van elke hand voor die raken op het hoogste en de duimen op het laagste punt. Ze symboliseren zo de pieken of de uiterste punten van ons kunnen. De dikkere zijkanten, de polsen, symboliseren onze kracht.

De middelste cirkel, of de opening tussen de handen waardoor men naar de hemel kijkt, symboliseert de kijk in het oneindige. De cirkel die de Kanku omringt staat symbool voor continuïteit en nooit eindigende actie. Een cirkel heeft geen begin of einde.

In een cirkel is het begin ook steeds het einde. De kanku staat voor een cyclus waarbij we steeds terug naar onszelf kijken. Je kijkt in je eigen binnenste terug naar de bron van je eigen zijn. Het is dat primitieve gevoel wat je soms hebt als je alleen op jezelf bent aangewezen. Pas door veel ervaring kan je aanvoelen wat het omvat. En als je het dan van binnen aanvoelt, is het niet altijd mogelijk om het onder woorden te brengen. Alleen aan iemand die ook de ervaring heeft kan je merken dat deze het "begrijpt".

 

Evenementen
Verander je taal
NL
EN
FR

© website powered by Twizzit.com